Ze had het al vaak gevraagd in haar brieven vanuit het
Little Flower Convent in Lunugala: ‘Dear, when are you
coming?
’ Dus toen ik mijn werkbezoek plande, besloot
ik Sr Adelina in ons krappe programma op te nemen,
ook al is ze nu met pensioen en voor de voortgang van
onze projecten niet strikt noodzakelijk.
We spraken af direct na onze aankomst in ons hotel in
Negombo. Het was voor ons dan wel een lange reisdag
geweest, maar een andere mogelijkheid was er niet.
Dochter Corine en ik pakten onze pyjamaatjes vast uit,
poetsten onze tanden en zochten het cadeautje op dat
we voor haar hadden meegenomen: een linnen tasje
versierd met fietsen. Nederlandser kon haast niet – en
het paste ook nog in ons koffertje, want we reisden zelf
alleen met handbagage (maar wel met drie koffers vol
cadeautjes voor ‘onze’ kinderen).
Even voor zeven uur zaten we te wachten en we zagen
de tropische zon in zee zakken. In het levendige
toeristenstadje Negombo kwam het nachtleven al op
gang, terwijl de tijd voorbij ging. We zagen toeristen in
soorten en maten – maar geen Sr Adelina. Het werd al
maar later … Nu kan ‘tijd’ op veel manieren worden
geïnterpreteerd en we waren nog niet ongerust, maar
voor de zekerheid verhuisden we naar de grote boom
dichter aan de straat om haar toch vooral maar niet te
missen, want we je weet nooit.
Sr. Adelina moest uit Colombo komen. Hoe ze dat dacht
te doen? Geen idee. Met de bus? Met een taxi? In een
tuktuk? Achter op een motor? Ik had haar wel op foto’s
gezien, maar nooit in het echt. Nu is een zuster vaak
wel te herkennen, maar toch … Toen stopte er ineens
een pick-up truckje waar een heel klein zustertje uit
rolde. Daar was ze, gebracht door haar neef. We
dronken thee en wisselden verhalen uit en het was
alsof we elkaar al jaren kenden, Sr Adelina en ik.
Mon, 16 April